Met het Mesh-gereedschap kan met behulp van hoogtelijnen onder andere een omgeving gemaakt worden; een landschap dat niet vlak is. Verder kan er met deze tool bijvoorbeeld een zitzak of kussen gemaakt worden, dat bevat namelijk ook een onregelmatig oppervlak.
Met het Meshgereedschap kunnen allerlei punten op een ander niveau gelegd worden. Dit kan punt voor punt, maar dat kan erg tijdrovend zijn. Het is vaak makkelijker om het met behulp van hoogtelijnen te doen, dat is sneller en nauwkeuriger.
Landschap maken stap voor stap
Hieronder volgt een stap voor stap instructie om, als eenvoudig voorbeeld, het volgende landschap te maken.
Meshgereedschap instellen
Open het instellingenvenster van de Mesh:
Klik op 'OK'
Geometriemethode kiezen
Ga naar in de Infobox naar de geometrie-methoden en kies een van de eerste drie opties:
Teken de omtrek van het landschap
Hoogtelijnen
Zijn de hoogtelijnen beschikbaar via een DWG, dan kunnen deze direct in de Mesh worden overgenomen bij de volgende stap als dit bestand als X-ref is gekoppeld aan het bestand. Lees hier meer over Het inlezen/openen van DXF / DWG bestanden.
Wanneer de DWG als Drawing aan het project wordt gekoppeld, kan er géén gebruik worden gemaakt van de toverstaf om de hoogtelijnen over te nemen. |
Zijn er geen hoogtelijnen beschikbaar, dan kunnen deze zelf gemaakt worden:
Teken met een lijngereedschap, bijvoorbeeld de Spline-tool
, willekeurig gebogen lijnen, de hulphoogtelijnen.
Dit zijn hulplijnen die in het project blijven staan, zodat ze makkelijk hergebruikt kunnen worden als er iets mis gaat. Bovendien kunnen er met het Spline gereedschap makkelijker willekeurig gevormde lijnen getekend worden in plaats van alleen maar bogen. |
Hoogtelijnen overnemen in de Mesh
Selecteer de reeds getekende Mesh
Zorg dat het Mesh-gereedschap actief is (de Mesh-toolknop is ingedrukt)
Klik met de spatiebalk ingedrukt (toverstaf wordt zichtbaar) op een hoogtelijn binnen de omtrek van de Mesh
De lijn wordt in de Mesh overgenomen als een echte hoogtelijn.
Gaat het om een gesloten vorm dan moet eerst een keuze gemaakt worden tussen het toevoegen van punten of maken van een gat. Kies voor een hoogtelijn:
Zie voor meer uitleg over het maken van een een gat de uitleg verderop in dit artikel bij 'Later openingen toevoegen'
Herhaal bovenstaande stappen voor alle (hulp)hoogtelijnen.
Hoogte (z-waarde) van de lijnen instellen
Selecteer de Mesh
Klik vervolgens op een punt van een hoogtelijn, die niet tevens op de rand van de Mesh ligt
Kies in het Petpalette voor het icoontje met de Z-waarde erin
Vul de gewenste hoogte in en vink 'Apply to all' aan
Alle punten op die hoogtelijn krijgen daarmee dezelfde hoogte.
De optie 'Apply to all' is alleen actief wanneer er vanuit de plattegrond gewerkt wordt, niet vanuit 3D. |
Herhaal bovenstaande stappen voor alle hoogtelijnen.
Opening opvullen
Kies in het Mesh gereedschap het gewenste materiaal voor het bodemoppervlak waarmee de opening moet worden opgevuld.
Bijvoorbeeld Zand.
Klik met behulp van de toverstaf (spatiebalk-klik) een nieuwe Mesh in de openingSelecteer deze nieuwe Mesh om de hoogtelijn van -1500 over te nemen van de eerder geplaatste Mesh, die de rest van het landschap vormt
Water toevoegen
Leg met behulp van de vloer-gereedschap een vloer met het materiaal ‘water’ in de opening (met behulp van de toverstaf).
Met bijvoorbeeld een niveau -1000, zodat het zand gelijkmatig overgaat in het water.Selecteer vervolgens de Slab en kies in het Petpallette voor de optie ' Offset all edges', om het water aan te laten sluiten op de randen van het ven
Zie in de afbeelding hierboven Meshes als ‘hol landschap’ ingesteld.
Bomen toevoegen
Open de Object Tool
Kies een 3D boom uit
Lees voor meer uitleg over de verschillende typen bomen en welke het best gebruikt kunnen worden het artikel Bomen, struiken en hagenGa, voor het plaatsen van de bomen, naar de knoppenbalk en zet de optie 'Gravity to Mesh' aan. Hierdoor plaatst Archicad de bomen automatisch op de juiste hoogte.
Plaats vervolgens de boom op de gewenste plek
Herhaal bovenstaande stappen voor alle bomen en struiken
Vorm en weergave van de randen
Bij de instellingen van de Mesh kan er gekozen worden voor scherpe randen of afgeronde randen. Deze keuze heeft invloed op de weergave in een photorendering én in het 3D venster:
Photorendering
Hieronder een overzicht van het effect van de instellingen bij een Photo Rendering:
All Ridges Sharp: scherpe schaduwlijnen
User Defined Sharp: scherpe schaduwlijnen
All Ridges Smooth: alle randen zijn afgerond, er zijn geen scherpe randen
3D venster
All Ridges Sharp: alle randen zijn zichtbaar
User Defined Sharp: alleen hoogtelijnen zichtbaar
All Ridges smooth: alleen hoogtelijnen zichtbaar
Later openingen toevoegen
Wanneer er na het aangeven van de hoogtelijnen alsnog een opening wordt gemaakt in de Mesh (bijvoorbeeld voor het maken van een bouwput), is het van belang voor welk type aanpassing van het oppervlak er gekozen wordt.
Selecteer de Mesh waar een opening in gemaakt moet worden en activeer het Meshgereedschap
Teken de vorm van de opening en kies voor Create Hole
Kies vervolgens voor de gewenste aanpassing van de openingsranden, In dit geval kiezen we voor 'Fit to User Ridges'
|
Verdere mogelijkheden met het Mesh-gereedschap
Zie hiervoor de volgende artikelen: