In kader van het diagnosticeren en verhelpen van problemen kunnen Log Files opgevraagd worden.
Afhankelijk van het probleem dienen ze op een andere plaats en wijze verzameld te worden, hier onder een overzicht:
Het zou kunnen dat de Finder of Verkenner bestanden verbergt.
Je kan deze zichtbaar maken door:
Windows Selecteer in de taakbalk van de verkenner Weergave > Weergeven > Verborgen items.
MacOS Druk op je toestenbord de toetsen shift⇧ + command⌘ + . (punt) tegelijkertijd in
Install Log
Te verzamelen bij Installatie-issues.
Telkens wanneer de installer wordt afgesloten, wordt er een logbestand aangemaakt over het doorlopen installatieproces.
Deze log bevat meer specifieke informatie over waarom de installatie mogelijk is mislukt.
Om het logbestand te verzamelen, start je de installer en doorloop je zoveel mogelijk stappen.
Zodra je de installer hebt afgesloten, ga je naar de volgende locatie om het logbestand op te halen (het bestand dat zojuist is aangepast of aangemaakt):
Windows: c:\ProgramData\Install.GS
MacOS: /Users/Shared/ Install.GS
FastLogger Files
Te verzamelen bij problemen die niet gereproduceerd kunnen worden.
FastLogger bestanden worden gegenereerd wanneer Archicad wordt gebruikt en worden opgeslagen wanneer Archicad normaal wordt afgesloten.
Het logt gebruikersactiviteiten en achtergrondprocessen.
Het verzamelt zaken zoals:
Gebruikersinterfacebewerkingen
Bestands- en I/O-bewerkingen
Gegevens over geheugengebruik en snelheid
Gegevens die verwijzen naar oorzaken van mogelijke problemen
Andere informatie voor ontwikkelaars
Het is vereist om alle Archicad-sessies te sluiten voordat u de logs verzamelt.
Archicad 23 of nieuwere versies
Windows: C:\Users\<gebruikersnaam>\Graphisoft\Archicad Log Folder\<Archicad versie>\FastLogger
MacOS: Systeemschijf/Gebruikers/<gebruikersnaam>/Bibliotheek/Logs/Graphisoft/Archicad Log Folder/<Archicad versie>/FastLogger
Archicad 22 en oudere versies
Windows: C:\Users\<gebruikersnaam>\Graphisoft\Archicad-64 Log Folder\<Archicad versie>\FastLogger`
macOS: Systeemschijf/Gebruikers/<gebruikersnaam>/Bibliotheek/Logs/Graphisoft/Archicad-64 Log Folder/<Archicad versie>/x86/FastLogger
Geen Bibliotheekmap op MacOS
De Bibliotheekmap binnen de gebruikersmap is standaard verborgen. Om naar de ~/Library map te navigeren:
- Kies in Finder ‘Ga’, ‘Ga naar map’.
- Typ `~/Library`.
- Klik op ‘Ga’ om naar de Bibliotheekmap te navigeren
Of
- Klik op Option (Alt) wanneer het Ga-menu geopend is in Finder om de Bibliotheek in de lijst te tonen.
CmDust Log
Te verzamelen bij licentie-issues.
Als je de CmDust applicatie draait, kun je gedetailleerde logboeken maken over de licentietools op de computer.
Dit omvat de instellingen van het stuurprogramma en diverse informatie over de licenties/sleutels die op de computer zijn aangesloten.
Je kan het CmDust-logboek maken door:
Windows: uit te voeren vanuit Start/Alle programma's/Codemeter/CmDust
MacOS: kopieer en plak cmu --cmdust > ~/CmDust.log in een Terminal.app venster
De Terminal.app op macOS
De Terminal kan je openen door in het zoekveld van het Dock "Terminal" te typen en klik vervolgens op 'Terminal'
Of
Open in de Finder de map '/Apps/Hulpprogramma's' en klik dubbel op 'Terminal'.
Het resulterende CmDust-Result.log bestand zal op beide platformen in de Userhome-map staan.
Windows: C:\Users\<gebruikersnaam>\...
MacOS: Systeemschijf/Gebruikers/<gebruikersnaam>/...
BIMx Uploader FastLogger Files
Te verzamelen bij BIMX publicatie-issues.
Dit logboek is vergelijkbaar met FastLogger Files, maar logt alleen het upload-proces van BIMx Hyper-modellen, wanneer deze rechtstreeks worden gepubliceerd naar de BIMx Transfer Site.
Windows: C:\Gebruikersnaam>\GRAPHISOFT\BIMxUploader\
MacOS: /Users/<gebruikersnaam>/Library/Application Support/GRAPHISOFT/BIMxUploader/
Wanneer je problemen ondervindt met BIMx Uploader is het aan te raden om alle logs uit deze map te verwijderen.
Start Archicad opnieuw op en publiceer opnieuw.
Als er nog steeds een technisch probleem optreedt moeten de logs verzameld worden in een .zip file.
Geen Bibliotheekmap op MacOS? Zie hoofdstuk Fastlogger Files
Support Package
Te verzamelen op vraag van Graphisoft.
Een Support Package is een automatisch gecomprimeerd bestand dat verschillende logboeken van de computer verzamelt en ook het geselecteerde project bevat.
Het kan alleen door Graphisoft-medewerkers worden uitgepakt.
Afhankelijk van het bronbestand wordt een .twsupport (Teamwork Project) of een .support (Solo Project) bestand aangemaakt.
*.support bestanden bevatten
Het projectbestand zelf (als .pln)
Bibliotheken die door het project worden gebruikt (standaard niet inbegrepen)
Autosave bestanden
Laatste werkomgeving
*_LOG.support bestanden bevatten
Archicad FastLogger logbestanden
SubmissionLog.txt (dit bestand bevat de ID's van ingediende crashrapporten)
*.twsupport bestanden bevatten
Lokale kopie van het Teamwork project uit de lokale cache van de gebruiker
Autosave bestanden uit de lokale cache van de gebruiker
Server-side projectgegevens
Lokale kopie van de bibliotheken die door het project worden gebruikt (Standaard niet inbegrepen)
Laatste werkomgeving
*_LOG.twsupport bestanden bevatten
Archicad FastLogger logbestanden
BIMcloud / BIM Server logboekbestanden
Crash rapport bestanden
Als een fout eerst verschijnt in een Teamwork Project, maar ook optreedt in het Solo project (PLN/PLA) van het bestand, bezorg dan een Solo Project Support Package.
Teamwork Support Packages zijn moeilijker te behandelen en verwerken.
Je kan een Support Package maken door:
Reproduceer het probleem in Archicad.
Ga naar het menu Help > Create Support Package.
Selecteer het solo (PLN) of Teamwork project dat je wilt vastleggen.
Selecteer de inhoud van de Package dat moet worden verzonden.
Default (aanbevolen) - Gebruik deze optie als er geen andere instructies zijn.
Client only - Deze optie sluit de logs en projectgegevens van de server uit en bevat alleen de gegevens van de client.
Gebruik deze optie als de server niet goed bereikbaar is of als je de grootte van het pakket wilt beperken.Custom - Gebruik de knop Inhoud pakket om de inhoud van het pakket in te stellen.
De optionele inhoud verschilt voor solo (PLN) en voor Teamwork projecten.
Gebruik deze optie alleen als daar uitdrukkelijk om wordt gevraagd.
Beschrijf de aard van het probleem in de "Comment-sectie".
Klik op "Create" en selecteer een map waarin je het pakket wilt opslaan.
Als een van de bestanden groter is dan 100 MB, dan slaat Archicad het pakket op in stukken van 100 MB en wordt er een nummer als achtervoegsel aan de bestandsnaam toegevoegd.
Een Support Package kan persoonlijke gegevens bevatten zoals het IP-adres en naam van uw computer, het adres van uw BIMcloud / BIMcloud Basic / BIMcloud as a Service, jouw Archicad Teamwork gebruikersnaam, de projectnaam of uw e-mailadres.
Sleepy Tool / Process Sample
Te verzamelen bij traagheid en/of Freeze van Windows of MacOS.
Sleepy Tool
De Sleepy Tool kan in Windows gebruikt worden om de snelheid van Archicad gerelateerde processen te loggen.
Een werkwijze en installatiebestand zal jou toegezonden worden.
Process Sample
In ons helpcenter is een gedetailleerd artikel te vinden over de Process Samples in macOS
Op het MacOS platform kun je een Momentopname maken van de Activiteitenmonitor om gedetailleerde logs te krijgen van processen die gerelateerd zijn aan bepaalde applicaties.
Wanneer Archicad bevroren is, doorloop je volgende stappen:
open je de Activiteitenmonitor en selecteer je het proces "Archicad" of "Archicad (Not Responding)".
Klik op het pijltje naast het ‘drie-puntjes’ icoon en kies "Maak momentopname van proces"
Na enkele seconden verkrijg je een voorbeeld van de lopende processen in tekstformaat. Klik op Bewaar... om dit op te slaan in een .txt-bestand.
Herhaal het proces minstens 4-5 keer
Vervolgens dient een Hang Log file gemaakt worden:
Sluit Archicad geforceerd af na het maken van de momentopnames.
Dit kan in Archicad vanuit het Archicad menu of vanuit het Dock met rechtermuisklik op Archicad.De macOS Reporter wordt geopend
De macOS Reporter is niet hetzelfde dan de GSReporter. Verschijnt de Mac Reporter niet, dan was het technisch gesproken geen Freeze.
Klik op de knop ‘Report...’
Kopieer de tekst uit het tabblad ‘Problem Details and System Configuration’ en plak deze in een tekstbestand.
Sla dit op als *.txt bestand
Bug Reporter
In ons helpcenter is een gedetailleerd artikel te vinden over de Bug Reporter
Na alle crashes verschijnt de Graphisoft Bug Reporter-toepassing waar commentaar kan gegeven worden over wat de crash vermoedelijk veroorzaakte en waarna het rapport kan verzonden worden. Wanneer je er voor kiest om het rapport niet in te sturen, wordt het op je computer opgeslagen als een RPT-bestand.
Deze bestanden zijn hier beschikbaar:
Windows: C:\Gebruikersnaam_Graphisoft_BugReporting-XX
MacOS: ~\Library\Application Support\Graphisoft\BugReporting-XX
Wanneer bij een volgende crash het rapport wel gestuurd wordt, worden alle eerder opgeslagen niet verzonden rapporten meegestuurd (de map wordt dus geleegd).
Geen Bibliotheekmap op macOS? Zie hoofdstuk Fastlogger Files
Noteer bij voorkeur steeds het Bug ID voor correspondentie met de KUBUS helpdesk.
Indien je dit vergeten bent, kun je de nummers van elke bug die je hebt ingestuurd terugvinden in het SubmissionLog.txt bestand.
Windows: C:\Users\USERNAME\GRAPHISOFT\SubmissionLog.txt
MacOS: /Users/USERNAME/Library/Logs/SubmissionLog.txt
Computer Tech Specs: Systeemrapport
Te verzamelen bij hardware/computerspecifieke gevallen
De eenvoudigste manier om de details van de hardware-instellingen van de gebruiker te verkrijgen, is door een rapport van het volledige systeem te maken.
Op het Windows-platform kun je het Systeeminformatiepaneel gebruiken om een gedetailleerd rapport van de computerhardware in NFO-formaat op te slaan (Bestand>Opslaan als...).
De manier om de Systeeminformatiepaneel op te roepen is afhankelijk van de Windows-versie. Hier kan je meer informatie daarover vinden.
Bij macOS kan je een Systeemrapport in SPX-indeling opslaan, dat alle benodigde hardware-informatie bevat.
Kies op je Mac Apple-menu > 'Systeeminstellingen' en klik op 'Algemeen' in de navigatiekolom. (Mogelijk moet je omlaag scrollen.)
Klik aan de rechterkant op 'Info' en vervolgens op 'Systeemoverzicht'.
Kies 'Archief' > 'Bewaar', voer een naam in en kies een locatie voor het overzicht.
Aanpassen van BIMcloud/BIMcloud Basic logging van "warn" naar "info"
In sommige gevallen is het logboekniveau dat in BIMcloud/BIMcloud Basic standaard is ingesteld niet voldoende voor het onderzoek.
In dergelijke gevallen kan het nodig zijn om het loggingniveau te verhogen.
U kunt dit wijzigen door de onderstaande stappen te volgen:
Stop BIMcloud Manager
Navigeer naar de volgende locatie in de Finder:
Windows: C:\Program Files\BIMcloudManager-<Installatiedatum>\Config
MacOS: /Applicaties/GRAPHISOFT/BIMcloud/Manager-<Installatiedatum>/Config
Kopieer het volgende bestand naar uw bureaublad: PortalServer.config.xml
Geef het oorspronkelijke bestand PortalServer.config.xml een andere naam (bijv. PortalServer.config_original.xml).
Dit bestand wordt de back-up van het originele config bestand.Open het config-bestand vanaf het bureaublad met een teksteditor (bijv.: met wordpad, kladblok of tekst)
Wijzig de waarde <Log niveau=“warn”/> naar <Log level=“info”/>
Sla het bestand op
Kopieer PortalServer.config.xml naar het oorspronkelijke pad
Start BIMcloud Manager via het systeemvakpictogram
Wees voorzichtig, want het info logging niveau zal de grootte van de logs sterk doen toenemen.
Nadat u de logs hebt verzameld, zet u het logniveau terug op <Log niveau=“warn”/>.