Door het gebruik van coderingen is het eenvoudig de juiste instellingen voor een nieuwe tekening te kiezen en kunnen tekeningen/ lay-outs automatisch van de juiste benaming voorzien worden.
In de Archicad KeyMember Templates zijn de namen van de Layers, Layer Combinations, de Model View Option Combinations en Graphic Override Combinations gebaseerd op de tekeningen waarvoor ze bedoeld zijn. In dit artikel is een overzicht van de gebruikte coderingen te vinden.
Codering tekeningen, Layer Combinations, Model View Option Combinations en Graphic Override Combinations
Voor de codering is gekozen voor een code van 3 letters. De meeste afkortingen zijn algemeen gebruikte codes.
Uitgangspunt is de codering van de tekeningen die vervolgens dus terugkomt in de benaming van de Layer Combinations, de Model View Options Combinations en de Graphic Override Combinations, zodat duidelijk is voor welke tekeningen de combinaties bedoeld zijn bij het maken van de Views en lay-outs, en bij welke tekeningen ze gebruikt zijn wanneer er wijzigingen doorgevoerd moeten worden.
In onderstaande afbeelding een voorbeeld van de View Folders met de codering die is toegepast voor de verschillende faseringen en type tekening:
Codering Layers:
Vanaf Archicad26 zijn de Layers opgenomen in een folder structuur:
BE (KME) Template
Layer Combinations: Template NL (KME)
Template BE (KME)
Fasen
Veel gebruikte fasebenamingen en afkortingen:
- SO: Structuur Ontwerp (NL) / Schetsontwerp (BE)
- VO: Voorlopig Ontwerp (NL) / Voorontwerp (BE)
- DO: Definitief Ontwerp
- BA: Omgevingsvergunning (BE)
- TO: Technisch Ontwerp (NL)
- UO: Uitvoeringsgereed Ontwerp (NL)
- UV: Uitvoering (BE)
Deze benamingen en afkortingen komen terug in het archiefgedeelte van de
Mappenstructuur.
In de View Map en het Layout Book komt dit ook terug, zodat vooraf in de template in principe alle standaardtekeningen al klaar gezet kunnen worden. Verder worden deze fase-afkortingen ook gebruikt in de tekening filters (de Quick Options), zoals de Layer Combinations, Model View Option Combinations en Graphic Override Combinations.
In de BE (KME) Template is er View Folder aangemaakt t.b.v. de bouwaanvraag. Hierin worden de coderingen gebruikt die nodig zijn voor een correcte benaming van de tekeningen. Meer informatie over het publiceren van een Bouwaanvraag lees je in
dit artikelLay-out nummering
De tekening-codering en de fase-codering kan ook gebruikt worden bij de lay-out nummering.
Door het projectnummer (in te voeren in de projectinfo) in combinatie met de fase- en tekening code en een volgnummer te gebruiken, ontstaat er een unieke benaming voor de betreffende lay-out.
Voorbeelden:
Projectnr. Fase– tekeningcode–volgnr. Omschrijving
0501 BA- PLG-02 Begane Grond
0123 DO- DRS-01 Doorsnede AA
0605 BA- BVO-02 Bruto vloeroppervlak
Volgnummers
Kies duidelijke volgnummers.
PLG-00 Begane Grond PLG-10 Deel 1 Begane Grond
PLG-01 1e verdieping PLG-11 Deel 1 1e verdieping
PLG-K1 Kelder -1 PLG-20 Deel 2 Begane Grond
PLG-K2 Kelder -2 PLG-21 Deel 2 1e verdieping
TRP-01 Trappenhuis 1 DRS-01 Doorsnede AA + BB
TRP-02 Trappenhuis 2 DRS-02 Doorsnede CC + DD
Aanduidingen, markers, nummering en ID’s
De markers van Gevellijnen, Doorsnedelijnen, Worksheets en
Details bevatten altijd een ID nummer en een naam.
De verschillende vensters worden in de navigator op ID nummer gesorteerd. Het is dus erg makkelijk om dit nummer dan ook te gebruiken om de vensters overzichtelijk te sorteren. Bovendien kan het nummer ook op de lay-outs in de TitleType getoond worden, voor het makkelijk identificeren van de tekening onderdelen. In de TitleType verschijnt ook automatisch de naam van het venster. Indien het ID nummer consequent gebruikt wordt is het zoeken in projecten van collega’s een stuk eenvoudiger.