Splitlevel en gebouwen met verschillende verdiepingshoogten

Splitlevel en gebouwen met verschillende verdiepingshoogten

In de praktijk komen regelmatig gebouwen voor met verschillende verdiepingshoogten en verschillende vloerniveaus. Denk aan splitlevel-woningen of een situatie waar een nieuwbouw tegen een bestaand pand wordt aangebouwd en waarvan de verdiepingshoogten van elkaar verschillen.

Maak voor gebouwen met verschillende verdiepingshoogten geen ‘halve’ verdiepingen aan. Dit geeft later problemen bij de grafische weergave van elementen in de tekening en bij de uitwisseling met derden. Maak één en dezelfde verdieping (story) aan waarin beide niveaus van het splitlevel worden gemodelleerd. Dit geldt ook voor de vervolgniveaus. Voor het maken van de juiste plattegrondweergave is het aanpassen van de  Floor Plan Cut Plane hoogte in de instellingen van de View vaak voldoende.


Zorg vervolgens bij het opzetten van het gebouwmodel dat wanden met de referentielijn op de juiste verdieping zijn gemodelleerd met hierbij een eventuele afstand vanaf het verdiepingsniveau. Loop de instellingen van de Floor Plan Display na om een goede weergave te garanderen. 

Hoe dergelijke projecten het best opgezet kunnen worden in Archicad wordt in dit artikel verder uitgelegd.



Algemene aanpak

Als leidraad bij de opzet van projecten met splitlevel geldt: teken die vloeren/verdiepingen bij elkaar op één Story, die ook op de plattegrond tekeningen bij elkaar staan. Van deze Stories worden vervolgens één of meerdere views gemaakt die op de lay-out bij elkaar geplaatst worden. 
Is er een verschil in verdiepingshoogten tussen de bestaande en nieuwe situatie, dan is het meestal het handigst bij de Story Settings gebruik te maken van de verdiepingshoogte van de nieuwbouw, omdat daar het meest in gewerkt wordt.
Maak geen aparte Story aan voor tussenverdiepingen of ‘halve’ verdiepingen. Dit geeft later problemen bij de grafische weergave van elementen in de tekening en bij de uitwisseling met derden. Maak één en dezelfde verdieping (Story) aan waarin beide niveaus van het splitlevel worden gemodelleerd. Dit geldt ook voor de vervolgniveaus. Voor het maken van de juiste plattegrondweergave is het aanpassen van de Floor Plan Cut Plane hoogte in de instellingen van de View vaak voldoende.

Er kan tijdens het modelleren en bij het documenteren gebruik gemaakt worden van Referentie niveaus (Reference Levels)
Mocht er toch van iedere tussenverdieping, of 'halve' verdieping, een aparte Story aangemaakt zijn, dan kunnen de Views van deze plattegronden op de Layout aan elkaar 'geplakt' worden, zodat het toch als één plattegrond getoond kan worden.

Modelleren

Voor het modelleren gelden in hoofdlijnen dezelfde principes als voor de gebouwen met gelijke vloerhoogten. Dus wanden zoveel mogelijk per verdieping plaatsen en daken op de verdieping waar de dakvoet te zien is. Daarnaast zijn er een aantal aandachtspunten bij het tekenen van splitlevel gebouwen. Deze worden hieronder toegelicht. 

Vloeren

  1. Op het moment dat er een tussenverdieping gemodelleerd gaat worden is het mogelijk om de hoogte in te stellen van het referentieniveau of de hoogte in te stellen op de gewenste hoogte van het tussenniveau

Wanden

  1. Geef wanden de juiste hoogte = de afstand tussen twee vloeren
  2. Stel de plaatsingshoogte van de onderkant van de wand in op het vloerniveau waarop de wand komt te staan. Gebruik eventueel de referentie niveaus. Zorg dat wanden met de referentielijn op de juiste verdieping zijn gemodelleerd met hierbij een eventuele afstand vanaf het verdiepingsniveau.
  3. Het is ook mogelijk om de onderkant en/of de bovenkant van de wanden te relateren aan een verdieping. Kies voor 'Top' en 'Home Offsets' voor een vaste afstand ten opzichte van de verdiepingshoogte. Voordeel is dat als de verdiepingshoogte wijzigt dat de wanden automatisch mee wijzigen.

  1. Loop de instellingen van de Floor Plan Display na om een goede weergave te garanderen:
    1. Voor een goede 3D-aansluiting van wanden met verschillende hoogten en op verschillende verdiepingen, worden deze onder Document > Floor Plan Display > Show on Stories ingesteld op 'All Relevant Stories'. 
    2. De Floor Plan Display van wanden kan het best ingesteld worden op 'Cut Only'. Ramen en deuren worden dan alleen weergegeven als ze worden doorsneden door de Floor Plan Cut Plane hoogte.
                  
  1. Los eventuele problemen met wandverbindingen op door het artikel Verbindingen tussen bouwkundige elementen te lezen.

Ramen en deuren

  1. Voor ramen en deuren in een wand op de tussenverdieping kan het ankerpunt het beste ingesteld worden ten opzichte van de onderzijde van de wand:
    1. … to Story = ten opzichte van de verdiepingshoogte
    2. … to Wall base = ten opzichte van onderkant wand
Op het moment dat er wijzigingen zijn in de wandhoogte zullen de ramen en deuren automatisch mee wijzigen. 
  1. Laat de Floor Plan Display op Symbolic staan. Het wel of niet weergeven van ramen en deuren die niet worden doorsneden door de Floor Plan Cut Plane hoogte, wordt bepaald met Floor Plan Display instellingen van de wand. De KeyMember Ramen- en deurenstaat is gekoppeld aan de Symbolic weergave.

Elementen op het juiste vloerniveau plaatsen  

Wanden, kolommen, balken, dakramen, trappen en objecten kunnen eenvoudig op het goede vloerniveau geplaatst worden door gebruik te maken van de zwaartekracht.
  1. Ga in de knoppenbalk naar de knop ' Gravity' (zwaartekracht) knop:
            
De 'Gravity' kan reageren op verschillende soorten gereedschappen die al geplaatst zijn in het model, bijvoorbeeld de vloer. Wanden, kolommen balken, relingen, objecten en lampen kunnen gebruik maken van deze functie.  
Het is ook mogelijk om elementen te verplaatsen in 3D of in de doorsnede. De verdieping, Home story, zal echter niet aanpassen tijdens het verplaatsen. Gebruik hiervoor rechtermuisknopmenu Relink Home Story...

Werken in één of meerdere modellen

Afhankelijk van de project grootte, het aantal verdiepingen en de wijze waarop de verschillende verdiepingshoogten in het ontwerp zich bevinden wordt er een keuze gemaakt hoe het model het beste opgezet kan worden.  Op het moment dat het model zodanig is opgezet dat de verdiepingsstructuur opgedeeld kan worden, bijvoorbeeld als er verschillende gebouwdelen zijn met verschillende verdiepingshoogten, dan is het mogelijk om verschillende Archicad bestanden hiervoor aan te maken. Het voordeel is dat deze modellen hun eigen verdiepingsstructuur hebben en er geen verschil is met de wijze van modelleren in elk ander project. 
Bij deze methode worden de gebouwen in een module bestand geplaatst en in een hoofdbestand gecombineerd. Lees er meer over in Projectonderdelen linken - Hotlinked modules en projecten.   Benodigde documentatie wordt vanuit het modulebestand overgezet naar het hoofdbestand door middel van .PMK exports. zie hierover meer bij het onderdeel 'Layouts' in dit artikel.
Wanneer modellen uitgewisseld gaan worden met andere partijen is het belangrijk dat de projectstructuur met deze partijen wordt afgestemd en vastgelegd worden in het BIM uitvoeringsplan.
De tabel hieronder kan helpen om te beslissen of er gekozen moet worden voor het werken in één of meerdere modellen':

  Werken in één model
 Werken met meerdere modellen





Grootte van het project
Kleine projecten
Grote projecten
Aantal verdiepingen
Tot 4 (hele) verdiepingen
Meer dan 4 (hele) verdiepingen
Hotlinked Modules
 Nee
Ja
Documentatie op Lay-outs
Directe link, soms combinaties van Drawings benodigd
Afkomstig uit meerdere bestanden,
gebruik PMK's
Updaten van Drawings
Snel en automatisch
Moet handmatig geüpdatet worden,
link met andere bestanden
IFC Export
Vanuit 1 bestand
Vanuit het hoofdbestand
Eenvoud modelleertechniek
Gemiddeld
Eenvoudig
Zie voor meer informatie over het werken in één of meerder modellen het helpcenter van GRAPHISOFT:  Split Levels – Tips&Tricks.

Documentatie

Weergave van het vloerniveau

De peilhoogte van een vloerniveau kan getoond worden op de plattegrond:
  1. Activeer in de Gereedschapsbalk het Level Dimension gereedschap:

  2. Klik vervolgens op de Gravity knop in de knoppenbalk:
  3. Klik vervolgens op de plek op de vloer waar de peilmaat moet komen
Voor het tonen van vloerniveau kan er ook gebruikt gemaakt worden van het object '2D aanduiding plaatdikte'. Deze toont naast het vloerniveau ook de hoogte onder het vloerniveau, het type vloerplaat en de vloerdikte in een symbool:

Views maken

Stel voor het maken van de gewenste plattegrond weergave de  Floor Plan Cut Plane  op de juiste hoogte in. Dit hangt met name af van de positionering van de ramen en de gewenste weergave hiervan op de plattegrond.
Mocht het toch niet het gewenste resultaat geven, bijvoorbeeld voor de juiste weergave van een wand, dan maak zo nodig nog een view met verschillende instelling van de Floor Plan Cut Plane hoogte aan. 

Plaats deze Views op de Layout bij elkaar. 
Het voordeel van één view per niveau is dat er een clone view aangemaakt kan worden met een Fit in window zoom, zodat er niet zelf views op de layout aan elkaar geplakt hoeven te worden.
Maak eventueel enkele werkviews aan met de gewenste snedehoogte

Layouts

De aangemaakt Views van de splitlevel verdiepingen kunnen nu op de Layout geplaatst worden.
Mocht het zo zijn dat er toch verdiepingen 'aan elkaar geplakt' moeten worden op de layout, dan kan dat op onderstaande manier:
  1. Voeg beide Drawings toe aan het Layout
  2. De onderliggende verdieping kan eventueel worden getoond in grijstinten door de Pen Set in te stellen op 'Basis Grijs'
  3. Snijd de Drawings op de gewenste afmeting af door de standaard bewerkingsopties in het Pet Palette.
    De Drawings zullen automatisch geüpdatet worden bij wijzigingen.
            
            


Vanaf Archicad 23 zal het updaten en herladen van afgesneden Drawings sneller gaan doordat bij een Drawing alleen datgene herladen wordt dat binnen het afgesneden kader ligt. 
Op het moment dat er gekozen is voor een projectstructuur met meerdere modellen dan is het mogelijk om tekeningen te combineren op basis van de PMK bestanden. Doordat PMK bestanden alleen 2D informatie bevat is dit een goede methode om tekeningen over te brengen in het hoofdbestand. Een ingeladen .PMK bestand wordt ook een Drawing en kan op dezelfde manier aangepast worden als de Drawings vanuit hetzelfde bestand. Lees meer in  tekeningen van andere bestanden toevoegen.

    • Related Articles

    • Archief - Zelf ramen en deuren maken met NL+-objecten

      De Archicad-bibliotheek bevat vele parametrische ramen en deuren. Mocht hier toch niet het gewenste raam- of deurelement tussen zitten, dan kan altijd nog een eigen raam of deur geheel naar wens worden aangemaakt. Deze ramen en deuren zullen ...
    • Bibliotheken en Archicad

      Het is raadzaam om in Archicad zorgvuldig met bibliotheken om te gaan: Gebruik alleen de bibliotheken die nodig zijn Gebruik niet dezelfde bibliotheek uit de vorige Archicad versie(s) Voorkom het laden van verschillende versies van dezelfde ...
    • Complex Profiles en de Profile Manager

      Sommige te modelleren elementen zijn zo afwijkend in hun vorm dat hun Profile (dwarsdoorsnede) niet meer eenvoudig met standaard elementen gemodelleerd kan worden. Denk hierbij aan speklagen, trasraam.plinten en staalprofielen, maar ook aan dakgoten, ...
    • Verschillende oppervlaktes in één schedule

      Eigenschappen van elementen die in een schedule onder hetzelfde field vallen, worden steeds in dezelfde kolom getoond in een Schedule. Aan de hand van Properties met Expressions kan hier een mouw aan gepast worden. Het instellen gaat makkelijker dan ...
    • Gekromde en dubbelgekromde vormen maken

      Voor het modelleren van gebouwen met gekromde daken of wanden heeft ARCHICAD verschillende mogelijkheden. Aangezien elk project uniek is, vereist dit elke keer een andere methode. Bekijk het overzicht om het juiste gereedschap voor het project te ...